hoofdingrediënten
4
kg
mosselen
300
g
bleekselderij
9
st
peterseliestelen
3
st
sjalotjes
2
bs
waterkers
50
g
boter
3
dl
droge, witte wijn
1
l
water
6
st
geplette witte peperkorrels
½
st
citroen, het sap ervan
3
st
eierdooiers
3
dl
room
12
tk
takjes waterkers (zie boven)
bereiding
- Was de mosselen zorgvuldig en verwijder de baarden. Maak de bleekselderij schoon en snijd ze in kleine blokjes. Snijd de peterseliestelen kort en hak de sjalotjes fijn. Was de waterkers, houd 12 takjes apart voor de garnering en pluk de rest van de blaadjes.Laat de bleekselderij met de peterseliestelen en de sjalotjes in een grote pan even zweten in de boter. Voeg de witte wijn, water, de witte peperkorrels en de mosselen toe en laat ze, in de afgesloten pan, op een hoog vuur koken tot ze open gaan. Schud de mosselen een aantal keren om. Haal de mosselen dan uit de schelpen en passeer het vocht door een neteldoekse lap. Breng dit kookvocht aan de kook. Pureer de geplukte waterkers blaadjes en voeg die puree aan de soep toe. Voeg het nodige citroensap toe. Maak een liaison van de eier-dooiers en de room. Doe daar voorzichtig wat hete soep bij. Voeg de warme liaison al roerend bij de hete soep, die nu niet meer mag koken, en breng het op smaak met kruiderij.
presentatie
- Verdeel de soep over de hete borden, leg er de mosselen in en garneer het met een takje waterkers.
voorbereidingstijd
-
bereidingstijd
-


